Terugblik economie
De beheerders van Evi ONE, werkzaam bij Robeco Institutional Asset Management, hebben deze Evi ONE Kwartaalupdate geschreven en zijn verantwoordelijk voor de inhoud. In dit verslag geven zij een overzicht van de prestaties en ontwikkelingen van de Evi ONE-fondsen.
Het vierde kwartaal werd gedomineerd door de Amerikaanse presidentsverkiezingen. Aandelenbeleggers kregen met Donald Trump de kandidaat die ze wilden, met liberaal, bedrijfsvriendelijk beleid en lagere belastingen. Obligatiebeleggers maakten zich zorgen over een president die door importheffingen de inflatie dreigt aan te wakkeren en door beloofde belastingverlagingen de begrotingstekorten waarschijnlijk niet zal indammen.
Aandelen hadden een goed kwartaal in de VS, maar in Europa werden juist koersverliezen geboekt. De rendementen op Amerikaanse aandelen werden nog beter voor euro-beleggers omdat ook de Amerikaanse dollar sterker werd ten opzichte van de euro. Met stevige economische groei en hoog blijvende inflatie is er weinig ruimte voor renteverlaging in de VS, terwijl in Europa de beleidsrente nog wel omlaag zal komen vanwege de zwakke groei.
Obligaties werden beïnvloed door grote overheidstekorten, afnemende groei en stagnerende inflatie. In veel gevallen zijn bedrijfsbalansen gezonder dan overheidsbalansen. Daarom daalde de risico-opslag die bedrijven betalen bovenop staatsleningen verder. De rente op Duitse staatsleningen, het anker in Europa, fluctueerde eerst rond de 2,2% maar steeg uiteindelijk naar circa 2,5%.
In oktober begonnen aandelenbeleggers al in te spelen op een overwinning van Trump. Bedrijven die profiteren van liberaal beleid deden het duidelijk beter, ondanks dat de peilingen toen nog verdeeld waren over de mogelijke winnaar. Later in november werd de zogenaamde Trump-trade duidelijker, vooral bij bedrijven in de financiële sector. Aan de andere kant hadden bedrijven die staan voor duurzaamheid het zwaar. De verwachting is dat de nieuwe president een aantal subsidieregelingen uit Biden’s Inflation Reduction Act zal terugdraaien.
In Europa namen de zorgen over de economische groei snel toe, vooral in Duitsland. De groeivoorspelling daalde van meer dan 1% tot minder dan een half procent. Volkswagen kondigde massaontslagen en sluiting van drie fabrieken in Duitsland aan, wat voor een schokgolf zorgde. De concurrentie op de voor Duitsland en Frankrijk belangrijke markt voor (elektrische) auto’s neemt toe vanuit China. De roep om meer overheidssteun werd luider en de politieke onenigheid leidde tot de val van het Duitse kabinet over het zuinige begrotingsbeleid.
In Azië bleef de zorg over de kwakkelende Chinese economie bestaan. De stimuleringsmaatregelen die in september de beurs nog tot euforie hadden gebracht, waren in oktober alweer uitgewerkt. De koersen leverden een deel van de winst weer in, terwijl de roep om meer verstrekkende maatregelen luider werd.
De betreurenswaardige conflicten in Oost-Europa en het Midden-Oosten speelden een verrassend kleine rol op de financiële markten. De olieprijs schommelde meestal rond de $70 per vat. Wel steeg de gasprijs met zo’n 20% omdat met het begin van de winter het aanbod van zonne- en windenergie duidelijk terugviel.